maandag 6 februari 2012

De misdadiger ontrafeld: Hoe men een misdaad begaat


“Ieder mens is in staat een conflict te analyseren – en op te lossen.”
                                                                                                - Sam Rain
De psyche van een misdadiger blijft boeien; voor de één is het ontzagwekkend respect voor de creativiteit en voor de ander een schrikbarende gedachte hoe de wreedheid van de mens kan manifesteren. Ondanks alle mist, volgen misdadigers principes, hoewel ze deze niet uit een theorieboek hebben geleerd. Als je weet hoe een misdadiger denkt, betekent niet dat je altijd misdaad kan voorkomen; echter kun je wel preventieve maatregelen nemen om de kans van de slachtofferrol zo klein mogelijk te maken.
Een misdadiger zit ‘vast’ aan de volgende principes:
-       een misdaad dient als doel (geld, sexuele bevrediging, wraak, etc.)
-       er is een mogelijkheid om een misdaad te begaan (situatie, tijd en omgeving)
-       er zijn middelen om een misdaad te plegen (gereedschap, wapens)
-       er is een methode om deze middelen te gebruiken (modus operandi)
-       er is een ‘vluchtplan’ om de consequenties te ontlopen (auto, fiets, lopen).
Zelf een ogenschijnlijk ‘doelloze’ misdaad heeft een doel. Zoals in het eerste artikel werd aangewezen, speelt motivatie de grote rol in het maken van een keuze, zonder rationele en emotionele ‘reactie’ van significante waarde is de barrière te hoog.
De mogelijkheid bepaalt het doelwit van de misdadiger; dit kan een levend wezen zijn, maar ook een instelling, gebouw of object. Een doelwit mag op zichzelf zwaar beveiligd zijn, echter kiest de misdadiger een geschikt moment voor het begaan van de misdaad en de ‘weg’ van de minste weerstand. Bij een straatrover is dit typisch een bejaarde vrouw die alleen wandelt of alleen thuis is; oudere mensen worden gezien als fysiek zwakker, en dus gemakkelijker.
Middelen kan variëren van ‘blote handen’ tot specialistisch arsenaal van gereedschap. Hoe beter de middelen, hoe effectiever de misdaad. Er zijn middelen in diverse categorieën:
-       dwangmiddelen (wapens – met als doel een slachtoffer te imponeren en de misdaad te ‘versnellen’)
-       preventiemiddelen (handschoenen, camouflage om geen sporen of herkenning mogelijk te maken)
-       toegangsmiddelen (koevoet, schroevendraaier – gereedschap om zich toegang tot een object of mens te verschaffen)
-       gijzelingsmiddelen (touw, tape, tie-rips – allerlei materiaal om slachtoffers of gebouwen te ‘gijzelen’ opdat ze geen alarm slaan)
-       strafmiddelen (wapens – met als doel een slachtoffer uit wreedheid letsel aan te brengen)
-       ontsnappingsmiddelen (vervoer – om na de misdaad de autoriteit te ontvluchten).
De methodiek van een misdadiger berust op zijn of haar kennis en ervaring. Wanneer men een misdaad pleegt, is men ‘alert’ in een fysiologisch perspectief; een misdadiger zonder ervaring bevindt zich in een zeer stressvol stadium, opgepompt met adrenaline. Wanneer deze een methode heeft ‘geleerd’ –door een zelfbedacht plan / invloeden van buitenaf- past men deze toe. Een werkende ‘formule’ (en vooral bij succes) maakt van een methode een ‘werkwijze’; de manier van werken (modus operandi) wordt voor het type misdaad een terugkerend kenmerk. Vooral bij inbrekers, een type misdadiger dat frequent handelt als beroepsmisdadiger, hebben typische signatuur.
Last, but not least, iedere misdadiger wilt onder de consequenties uitkomen. Het ‘vluchtplan’ hoeft niet altijd een goed uitgedacht plan te zijn – ‘wegrennen’ is zo’n beetje het minimale plan (tenzij het doel is om gepakt te worden). Dat neemt niet weg dat het ‘vluchtplan’ wel degelijk onderdeel is van de misdaad.
©SamRain
Misdaad

Geen opmerkingen:

Een reactie posten