vrijdag 22 juni 2012

Dieper in Hindoeisme: De drie wegen naar verlossing


“Waarlijk, er is geen grotere zuiveraar in de wereld dan ware kennis.”
                                                                                                            - Bhagavad Gita
Geen individu is hetzelfde; ieder mens zal, ongeacht opvoeding of cultuur, in essentie een eigen pad volgen naar inzicht en keuzes. Het hindoeïsme kent de ‘marga’ – de weg die een individu volgt naar verlossing. Filosofisch gezien, kiest de ‘marga’ het individu; het is niet een eigengemaakte keuze. Hoe ver en de beleving van de wandeling is daarentegen wel een keuze – tot zover dit als keuze beschouwd kan worden, in het kader van wedergeboorte.
In het hindoeïsme zijn er drie wegen die leiden naar de uiteindelijke verlossing: de weg van handelen (karma marga), de weg van devotie (bhakti marga) en de weg van kennis (jnana marga). De ene weg is geen uitsluiting van de andere; ze staan niet strikt parallel aan elkaar. Men kan geen devoot zijn zonder enige kennis, net zoals kennis vruchteloos is zonder enige karma handeling.
De weg van kennis houdt een analytische mentaliteit in; de volger van de gnostische weg kiest voor oplossingen in de eenvoud van logica. Het is de mentale nuchterheid en een praktische houding die de ‘jnanin’ centraal stelt.
Volgers van de devotionele weg zijn toegewijd aan het Hoger bestaan uit geloof; deze weg van liefde zoekt de oplossing in gebed en rituelen. De ‘bhakta’ kent daarom veel meer mystiek dan andere wegen, met de daarbij komende dogmatiek.
Handelen volgens karma is een weg van de ontsnapping uit de cyclus van transmigratie – de wedergeboorte. Het is ethiek wat de volger bedrijft om als doel zich te verenigen met het Hoger bestaan. Waar de ‘bhakta’ zich plaatst nabij het goddelijke, en ‘jovanin’ het Goddelijke ziet voorbij zichzelf, zoekt de ‘yogi’ naar het Goddelijke in zichzelf.
Zoals eerder toegelicht, zijn de wegen niet parallel aan elkaar. Het beoefenen van yoga – dat verder gaat dan lichamelijke oefeningen – is de methodiek die op ieder pad te vinden is. De Veda’s vormen de kern van kennis, voor zowel een devoot als yogi. Echter zullen devoten eerder Mantra yoga beoefenen (het gebruik van klanken), dan Hatha yoga (moeilijke lichaamshoudingen). Alle volgers zullen zich vinden in de Brahma yoga, waar de zuivere gedragswet centraal staat.
De drie wegen zijn niet exclusief aan het hindoeïsme verbonden; het Christendom, Islam en Judaïsme kennen soortgelijke wegen, evenals het Mayanisme en Paganisme. Zo kent het katholieke discipelschap de weg van Martha en Maria en hebben het ‘makhav’ en ‘mahriv’ in de Islam een typerende filosofie van toewijding en godsvrees.
Men zou de drie wegen ook kunnen verdelen in segmenten van innerlijk, uiterlijk en intelligentie qua geestelijkheid. De geest voelt, handelt en denkt – waarbij een devoot zich motiveert door emotie, een yogi door doen en een gnosticus overdenkt.
Uiteindelijk leidt de weg naar de bron, waarbij de wegen samenkomen tot de hoofdweg – waar geen ondergeschikt is aan de andere. Wie kennis boven devotie stelt, zal geen extase kennen in haar ware vorm; wie alleen het Goddelijke in zichzelf zoekt, zal zich nooit kunnen verenigen.
©SamRain
Verlossing

Geen opmerkingen:

Een reactie posten