vrijdag 8 juni 2012

Het fenomeen Hindoestaan: Jongens, jongens en nog eens jongens


“Het motto van vrouwen: vind de perfecte man en verander hem.”
                                                                                                - Sam Rain
Hindoestanen zijn een kampioen in generaliseren – niet alleen zijn we stempeldrukkers, maar gooien er zonder pardon kleursel en poeder overheen alsof het lentefeest is aangebroken. Dat wil niet zeggen dat iedereen in een hokje past; mede omdat ik zelf een uitzondering ben, kan ik een redelijk goed onderscheid maken. Dat neemt niet weg dat er, met grote knipoog, eenmaal stereotypen zijn – die een beetje gebaseerd zijn op de waarheid.
De hindoestaanse jongen is er één met bagage; mamma’s kindje en papa is blij met de naam instandhouding. Omdat de meeste hindoestanen uit een gezin komen met de regel ‘family first’, danken hindoestaanse jongens een typische afhankelijke karaktertrek uit het nest. Ze hebben een eigen mening, maar zijn in krachttermen zelden terug te vinden – wat ze vinden moet nu eenmaal kloppen aan de ‘Hoge Raad’. Pas bij haaruitval en een woonafstand van ten hoogte van een volle tank benzine veranderd de hindoestaanse jongen – om zich te ontpoppen als ware man / tiran / politicus / betweter / zeurkous.
De ‘bhaiwa’ is een eigenaardig type; hun poezelige stemmetje en stekeltjeshaar gaat gepaard met de kledingstijl van hun vader. Modetrends zijn hun onbekend, hoewel ze ongegeneerd een ‘fashion statement’ plaatsen op feesten en partijen. Een knalrode jas, een groene pantalon en op verjaardagen een das – over het sokkenpatroon nog geen woord gerept – met de schoenen van grootvader. Deze jongens worden door hun moeders opgedrongen en voorzien van curriculum vitae tijdens religieuze feestdagen. De ‘bhaiwa’ kent geen ambitie buiten een HBO-titel en zet een Renault als droomwagen. De ‘Bhaiwa’ ontwikkelt zich later tot ‘ouwe vrek’.
De ‘bander’ is een bhaiwa met een identiteitscrisis; de ‘bander’ heeft nergens een mening over en wandelt verplicht mee op de nodige feesten en partijen. Thuis eet de ‘bander’ vegetarische rijstgerechten om stiekem op schoolreisje zich te goed te doen aan een Big Mac de Luxe. Net als de ‘bhaiwa’ hebben ze geen ambitie – titels doen ze niets en een HAVO of MBO is voldoende voor het beroep dat ze gaan uitoefenen – echter wel een gevoel voor mode. Romantiek leren ze uit Bollywood films om later in hun leven een façade te ontwikkelen als een ‘manusje’.
Bollywoodjes zijn hindoestaanse jongens met een fetish voor haarlak en danspasjes. Ze wanen zich de Hritik Roshan zonder gekke vingers en leven op volome 100 plus bass. Waar Narcissus nog van zou opkijken, wanen deze sterretjes zich het epicentrum rodel tandloze wolven (zonder het besef tandloos te zijn). Een Bollywoodje draagt zonnebrillen ’s nachts en rebelleert tegen het traditionele trouwen – om later een bierbuik en gouden tand te krijgen wanneer zij ontwikkeld zijn als de ‘cafe-moosa’.
Welke schoonmoeder in spe houdt er niet van de ‘Radjkumar’? Deze ideale schoonzoon heeft alles wat ouders voor hun dochter willen – koophuis, 4-deurs, overheidsbaan, doctoraal en gouden sieraden plus een achternaam op stand. Ze zijn alleen kaal, lelijk en te dik – hoewel ze een voortreffelijke persoonlijkheid kennen, hebben ze de voorkeur voor bollywood meisjes.
Er zijn ook ‘banders’ die graag gangster zijn – eigenlijk zijn het negers met sluik haar op gympies, onderhevig aan Surinaamse, Antilliaanse en MTV invloeden. Eigenlijk is het enige hindoestaanse aan ze verscholen in hun DNA...

Geen opmerkingen:

Een reactie posten